Ons gezinnetje bestaat uit 3 teckels.
Finn, Kimmi & Milla.
Hieronder vind u meer informatie over dit geweldige hondenras.
Eens een teckel, altijd een teckel 😉

Rasbeschrijving:
Teckels hebben de naam zeer schrander en eigenzinnig te zijn. En ja, dat klopt!
Ze zijn slim en vindingrijk en zeer aanhankelijk jegens de baas. Ze zijn buitengewoon waaks en hebben een moedig en nieuwsgierig karakter. In tegenstelling tot veel andere hondenrassen zoeken teckels heel bewust oogcontact. Zij lezen als het ware wat er in hun mensen omgaat, waardoor een bijzondere binding ontstaat.
Teckels kunnen om hun zin door te drijven geweldig komedie spelen. Zij hebben een groot gevoel voor humor en stellen het op prijs de lachers op hun hand te hebben. Maar ze kunnen ook snel beledigd zijn en dan kan het lang duren vooraleer de baas weer in genade aangenomen wordt.
Van nature laat de teckel zich graag gelden en men moet er dus alert op zijn de baas te blijven. Geef een teckel een vinger en hij neemt de hele hand. Daarom mag u geen slaafse gehoorzaamheid van dit ras verwachten, want de teckel zal tot zijn laatste levensdag blijven proberen het laatste woord te hebben. U kunt hem echter wel degelijk onder appèl krijgen, het duurt alleen iets langer en u zult wat meer geduld moeten hebben dan bij andere rassen het geval is.
Teckels zijn jachthonden met een dikwijls felle jachtpassie en dat is tevens de oorzaak van het eigenzinnige karaktertrekje dat in iedere teckel huist.
Al vele honderden jaren lang werden teckels gebruikt voor de jacht op vossen en dassen (vandaar de ietwat ouderwetse benaming Dashond)! De hond werd daartoe in de vossenburcht gezet en moest op eigen initiatief het karwei klaren. Daar is een flinke portie moed, doorzettingsvermogen en slimheid voor nodig. Deze eigenschappen zijn door de eeuwen heen in het ras doorgefokt, vandaar dat de zelfstandigheid en eigen inbreng van de teckel zo dikwijls voor ‘eigenwijs’ wordt aangezien.
Ook heden ten dage wordt er nog steeds met teckels gejaagd, zowel op ondergronds als bovengronds wild.
Het jachtinstinct wil nog wel eens moeilijkheden opleveren, waardoor men de hond met veel jachtpassie niet of nauwelijks los kan laten lopen in het vrije veld. Doet men dit wel, dan gebeurt het meer dan eens dat de teckel verdwijnt en zich urenlang niet laat zien. U zult in zo’n geval moeten blijven wachten tot het de teckel belieft terug te komen. Straffen heeft weinig zin, want de volgende keer is de jachtpassie weer sterker dan uw straf of boze woorden. Natuurlijk heeft de ene teckel meer jachtinstinct dan de andere en kan de ene wel los lopen waar de ander dit echt niet kan.
Teckels kunnen heel oud worden, maar het is algemeen bekend dat de lange rug van deze honden hun kwetsbare punt is. Laat ze niet hoog springen en geen trappen lopen; zorg er vooral voor dat uw hond niet te dik wordt, daar de rug van een slanke hond minder zwaar belast wordt dan van een dikke.
Dat kan moeilijkheden opleveren, daar de teckel zoals iedere werkhond een onverzadigbare eetlust heeft. U zult moeten leren daar niet aan toe te geven.
Wegens de kwetsbare rug is het beter de pup uit de handen van heel jonge kinderen te houden, daar deze nogal eens de neiging hebben om met het kleine hondje te slepen en te sjouwen, waardoor schade aan de wervelkolom kan ontstaan (maar in wezen geldt dit voor ieder hondenras!).
Teckels kunnen uitstekend met hun soortgenoten overweg. Andersoortige huishonden en katten worden wel geaccepteerd, maar dit gaat beter als zij er van jongs af aan mee opgroeien.
Knaagdieren en vogels zult u achter tralies moeten houden, daar ze op het jachtinstinct van de teckel werken. Natuurlijk bevestigt de uitzondering de regel, wij spreken hier in het algemeen.
Teckels worden gefokt in drie verschillende maten en haarvariëteiten, waardoor er in totaal 9 soorten bestaan.
De grootste is de Standaardteckel, die een borstomvang heeft vanaf 35 cm. tot een niet nader vastgelegde maat. Het gewicht kan variëren tussen 9 à 10 kilo.
Het middelste type is de Dwergteckel, die een borstomvang heeft van 30 tot 35 cm, waarbij het gewicht varieert tussen de 5 en 7 kilo.
Tenslotte is er het kleinste slag en dat is de Kaninchenteckel, die een borstomvang heeft tot 30 cm en een gewicht dat schommelt tussen de 4 en 5 kilo.
De variëteiten:
De korthaar: De korthaar is de oervorm van de teckel en heeft dientengevolge de meest rastypische eigenschappen. Deze honden zijn buitengewoon zachtaardig, lief en aanhankelijk voor het eigen gezin, maar tegenover vreemden kunnen zij wel eens gereserveerd zijn. Indien zij met kinderen opgroeien worden deze uitstekend geaccepteerd, maar het kan moeilijker zijn, indien de hond er op oudere leeftijd voor het eerst mee geconfronteerd wordt. Dit soort teckels is zo aanhankelijk dat zij ook thuis de baas/vrouw vaak op de voet blijven volgen. Qua uiterlijk een robuuste, goed gespierde verschijning die gezien zijn zeer korte beharing niets te verbergen heeft en bijzonder makkelijk is in het onderhoud. De korthaar teckel is er in black and tan (zwart met geelbruine aftekening aan snuit en poten), chocoladebruin, roodbruin, gestroomd en getijgerd (een onregelmatig vaag vlekkenpatroon).
De langhaar: De langhaar heeft halflang sluik haar met lange bevedering aan de oren, de achterzijde van de poten, onder- en voorborst, alsmede een fraaie pluimstaart.
De kleuren zijn hetzelfde als bij de korthaar, maar daarbij komt nog de kleur diep mahonie/kastanjerood. Deze variëteit is ontstaan door kortharige teckels te kruisen met spaniëls en Ierse setters, vandaar de laatstgenoemde kleur.
In grote lijnen kan men stellen dat de langhaar teckel de zachtaardigste is van de drie soorten. Zij kunnen goed met kinderen overweg en ook tegenover vreemden stellen zij zich vriendelijk op.
Door de fraaie diepglanzende beharing is dit een chique elegante hond, duidelijk de aristocraat onder de teckels.
Zij moeten regelmatig geborsteld worden en de lange haren v.t.t.t. goed doorgekamd met het oog op klitvorming.
De ruwhaar: De ruwharige Teckel behoort een stekelige vacht te hebben met een flinke baard en wenkbrauwen. Het is bij jonge pups moeilijk te zien hoe de beharing zich gaat ontwikkelen, maar het is wel een feit dat de meest wollige pup uit het nest dikwijls een hond wordt met een te overdadige en zachte vacht.
Meestal zijn de ruwharen wildkleurig, maar er komen eveneens black and tan, rode en chocoladekleurige honden voor. Alsook – zij het sporadisch- de getijgerde ruwhaar.
De ruwe beharing is ontstaan door kortharige teckels te kruisen met de Dandie Dinmont- en andere Terriërs. Goede gezinshonden, ook bij kinderen.
Dit is tevens de soort teckel die het meest voor de jacht gebruikt wordt. Zij moeten doorgaans tweemaal per jaar getrimd oftewel geplukt worden. Voor het dagelijks onderhoud dienen zij regelmatig goed geborsteld te worden met een harde haren borstel en een grove kam. (Gebruik nooit een borstel met metalen haakjes of punten en evenmin een te fijne (stof)kam. Hierdoor wordt de vacht schade berokkend)!
Het grappige uiterlijk van de ruwharige teckel spreekt de mensen sterk aan, waardoor deze op het moment zeer populair is.
Hieronder ziet u welke kleuren er allemaal bij de Teckel voor komen. Houd er wel rekening mee dat sommige kleuren niet erkend zijn en hiermee dus geen officiële kleur zijn in de rasstandaard van de teckel.
